p een foto in het Algemeen Dagblad stonden de drie burgemeesters van Hellevoetsluis, Brielle en Westvoorne achter een bord met daarop een streepjescode zijnde het nieuwe wapen van de nieuwe gemeente. De in geel, groen en blauw uitgevoerde streepjescode moet de prachtige natuur in de nieuwe gemeente Voorne ver van Zee uitdragen. Het is niet waarschijnlijk dat een van de huidige vroede vaderen in de nieuwe gemeente zal terugkeren als burgemeester. De nieuw te benoemen burgemeester zal nog verbaasd op
kijken als hij op zoek gaat naar de prachtige natuur. Die is er namelijk niet, of liever: niet meer. Het Natura 2000 gebied Voorne’s Duin is verwoest door de stikstofuitstoot van het oprukkende Rotterdamse haven- en industriegebied en het verdwijnen van de saltspray door de aanleg van de twee Maasvlakten. Verdwenen de witbloeiende velden met parnassia in de echte slufter die Voorne ooit had, verdwenen de grootste populatie van Europa van de nauwe korfslak, verdwenen de helende stilte in het duin, nog verdiept door het ruisen van de zee, verdwenen de ogentroost en wat al niet meer.

Wat hebben onze hoge heren en een enkele dame eigenlijk gedaan om de vernieling van dit kleinood te voorkomen? Niets eigenlijk. In vroeger jaren werd de industriële ontwikkeling op het voormalige eiland Rozenburg juist toegejuicht, want economische groei, want werkgelegenheid. Natuur in die tijd? Dat kwam uit zichzelf en het was juist de kunst om van de natuur een verdienmodel te maken te beginnen met de motorraces in Rockanje tijdens het broedseizoen, de strandfeesten, de wedstrijden met four wheel drives op het strand, het carbidschieten in het natuurgebied, wat een nieuwe traditie moest worden. Reuring moest er komen, terwijl natuur gedijt bij stilte.
Zo ging het in heel Nederland en eigenlijk overal ter wereld. En nu hebben we dus de klimaatcrisis.

Was er dan niemand die er iets tegen deed. Jawel, sommige wetenschappers, actiegroepen, in het Rijnmondgebied als eerste de Vereniging tegen Milieuvervuiling in en om het Waterweggebied, met veel chemici van Unilever Vlaardingen, het wat fellere CAR (Centraal Actie Comité Rijnmond). Zo was er op Voorne een beetje deftige organisatie de Verontruste Burgers van Voorne (VVBV). En laat die laatste club nu de bron zijn waaruit de stikstofcrisis is ontstaan. In 2015 oordeelde de Raad van State dat een melkveebedrijf binnen 2 kilometer van Voorne’s Duin niet mocht groeien van 70 naar 380 melkkoeien als niet kon worden aangetoond dat de genomen PAS-maatregelen tot verbetering van de natuur in Voorne’s Duin resulteerden. Deze uitspraak is voorgelegd aan het Europese Hof dat oordeelde dat de uitspraak voldeed aan de Europese regelgeving.
In de nieuwe gemeente Voorne ver van Zee zijn dus twee onderdelen Brielle en Westvoorne die kunnen bogen op een verandering in het tijdsgewricht. Brielle met de bevrijding van de Spanjaarden in 1576 en Westvoorne van de ommezwaai in het Nederlandse klimaatbeleid in 2019.
Waar blijven de lintjes?

Sportzaal Tinte in nevelen gehuld

Sportzaal Tinte in nevelen gehuld.

Sinds juli 2022 staat er naast het verenigingsgebouw Tintestein een bord met de tekst :Wij mogen verder bouwen”, maar tot dusverre is er op de betonnen sokkel achter het oude verenigingsgebouw nog geen plank overeind gezet. Wat is er toch aan de hand? Op maandag 5 september jl. zou er in de commisssie Grondgebied nadere informatie worden gegeven door BenW naar aanleiding van een brief van het college aan de gemeenteraad gedateerd op 22 juli. In die brief valt te lezen dat boven een eerder krediet voor de bouw van de sportzaal van 276.000 euro nog eens een half miljoen zou worden gevoteerd. Dat wordt dus geen sportzaal met een zinken dak maar met een gouden.

De Mus was getriggerd en logde in op “Raad in beeld”. Direct na de opening van de vergadering deelde de voorzitter mee dat het onderwerp sportzaal Tintestein achter gesloten deuren behandeld zou worden in de commissie IZ/M en wel in aanwezigheid van de burgemeester die het in zijn portefeuille heeft. Fijn, zo’n rijke burgemeester, schoot er door het Mussenkopje. Maar zo zit het natuurlijk niet. Feit is dat buiten de ingewijden niemand wist hoeveel die sportzaal zou gaan kosten en dat blijkt nu een godsvermogen te zijn. Vanwaar die geheimzinnigheid. Als de gemeentegeld wil uitgeven dan moet de gemeenteraad daar in een openbare vergadering toestemming voor geven. Dat is in de herinnering van de Mus niet gebeurd. Wel is van de zomer in de Raad een krediet van 1 miljoen om gebouwen in de gemeente op te knappen. Zou daar het gouden dak voor de sportzaal ook bij gezeten hebben?

En dan te bedenken dat de sportzaal er allang zou hebben gestaan als het “burgerinitiatief” van de Westvoornse hotemetoten niet zo eigenwijs was geweest en had besloten dat de sportzaal achter de school zou worden gebouwd. Dat was volgens meerderen, waaronder de Mus, een betere ruimtelijke oplossing geweest. Het had gemakkelijk gekund, inclusief het behoud van de twee heilige kastanjebomen.
Maar nee. Het kon niet. Er zouden technische redenen zijn, het achteraanzien op de WC-raampjes moest gehandhaafd blijven enz. enz. En wat bleek uiteindelijk de werkelijke reden? Bij de rommelmarkt ten behoeve van het jaarlijkse Tintefeest moesten de kraampjes in een kring op het oude schoolplein kunnen staan. En voor zo’n futiliteit wordt het aanzien van een historische plek, die zijn wortels vindt in 1886, verpest.
Er is niets tegen burgerinitiatieven als ze iets toevoegen aan het geheel. Als het afbreuk doet aan het aanzien van een historische plek moet het gemeentebestuur ingrijpen. Per slot van rekening was het plan in strijd met de Wabo en met meerdere gemeentelijk voorschriften, bijvoorbeeld de bouwvoorschriften die de gemeente hanteert voor de bebouwde kom. Bebouwde kom? Ja, om zich er uit te redden verklaarde de gemeente bij de Raad van State dat zij de plek met twee stedelijke elementen als de voormalige “School met den Bijbel” en de Gereformeerde kerk beschouwde als bebouwde kom. Op grond van dat laatste argument is de bouwvergunning uiteindelijk verleend. Jammer dat de gemeente nooit de snelheid heeft willen beperken in deze bebouwde kom. Het waterschap wilde best, maar de gemeente vond het te duur.

PS daarna is nog drie jaar gesteggeld over het ontbreken van een fatsoenlijk welstandsadvies. De welstandscommissie, die het aanvankelijk maar niks vond, besloot na drie jaar dat het wel voldeed aan de bouwvoorschriften van het buitengebied.
Begrijpt u het nog?

Dorpsraad, ook in Tinte?

Dorpsraad, ook in Tinte?

Dezer dagen bezocht de Mus als inwoner van Tinte een bijeenkomst over de oprichting van een dorpsraad. Met een inwonertal van nog geen 250 inwoners sneeuwen de belangen van zo’n groepje gemakkelijk onder in het grotere geheel van de nieuwe gemeente Voorne ver van Zee. In feite kent de bestuurlijke regelgeving van Nederland het begrip “dorpsraad” niet. Het is geen politiek gebonden orgaan, er zijn dus geen verkiezingen. Een dorpsraad kan functioneren als stichting of als vereniging. Een stichting zou het eenvoudigst zijn.

Tegen het einde van de bijeenkomst stelde een aanwezige dat “wij een boerengemeenschap zijn”. Die opmerking zette de Mus aan het denken, want Tinte is natuurlijk al decennia lang geen boerengemeenschap meer en de Mus kan dat aantonen.
Toen het Musje 54 jaar geleden met haar gezin in Tinte neerstreek was het vlekje op de kaart inderdaad een nagenoeg zelfvoorzienende agrarisch gerichte gemeenschap met veel meer inwoners. Het dorpje had meerdere winkels, een slijterij annex een handel in onkruidbestrijdingsmiddelen van Klaas Vliegedood, Van Leeuwen fijne vleeswaren en aquariumbenodigdheden, bakker Van Egmond die iedere ochtend Tinte liet geuren naar versgebakken brood en die de fietsende leerlingen van de Rijksscholengemeenschap in Brielle in de middag van voedzame spoorkoeken voorzag, Van Rij de kruidenier, een melkboer die aan huis kwam, Van Roon de smid annex rijwielhandel, aannemer Stolk aan de Kade, twee timmerbedrijven van Biesheuvel en De Wit en niet te vergeten de vrachtwagens van Van Geest. Langs Kade en Collinslandsedijk vijf boerderijen: Nieuwland, de schaapjes van wethouder Kleinjan, Scheigrond, Timmer, nog één in de bocht van de Collinslandsedijk, ik ben de naam vergeten, hij liet de zesde klassertjes van de twee lagere scholen op zijn terrein kamperen voor een afscheidsavondje van hun schooltijd. Tot slot boer Spruyt, die als bijverdienste een kleine manege runde en Ola-ijsjes verkocht. Mijn twee dochters, die de openbare lagere school in Tinte frequenteerden mochten Spruyt gaarne bezoeken. In een krans om het dorp nog tal van boerderijen en kleine tuinders met een klein druivenkasje.
Ja, Tinte was in die tijd een levendige, nagenoeg zelfvoorzienende boerengemeenschap met in de zomer een avond feest voor de inwoners waarop de de boerenkapel van de Volharding de sterren van de hemel speelde.

Maar die tijden zijn voorbij. Tinte is nu een forenzendorpje zonder eigen voorzieningen. De Mus kan de boerenbedrijven binnen de grenzen van de buurtschap Tinte op de vingers van één hand tellen. Dat betekent dat de dorpsraad een breder belang heeft te vertegenwoordigen. Een stichting als dorpsraad lijkt de Mus weinig democratisch. Bestuurders zitten weliswaar maar vier tot acht jaar, maar een stichtingsbestuur vult zichzelf aan en er ontstaat al snel een clubje van ons kent ons. De Mus zou liever een dorpsraad als vereniging zien. Een vereniging heeft leden, die een bescheiden contributie betalen, iedere Tintenaar kan lid worden, de leden kiezen uit hun midden de leden van de dorpsraad, die aan de dorpelingen de problemen voorlegt welke voorgelegd worden aan het gemeentebestuur.
Omslachtig? Ja. Maar democratie wil ook wat.